Grondig Boeren met Maïs

Het project Grondig boeren met maïs Limburg heeft tot doel de maïsteelt in Limburg te verduurzamen. Via vraaggestuurde demo’s op proef- en satellietbedrijven en diverse bijeenkomsten wordt zichtbaar gemaakt voor telers, loonwerkers en erfbetreders hoe de maïsteelt verduurzaamd kan worden. Op deze wijze krijgen maïstelers handvatten om de emissies van nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen te verminderen en broeikasgasemissies en de bodemkwaliteit, bodembiodiversiteit en de maïsopbrengst te verbeteren.

Achtergrond

Voor de melkveehouderij op zandgrond, waar dit project zich specifiek op richt, is de maïsteelt zeer belangrijk. Zetmeelrijke, eiwitarme maïs combineert uitstekend met zetmeelarm maar eiwitrijk gras. Dit is goed voor de koe maar ook voor het milieu. Enerzijds omdat een maïsgewas zeer efficiënt met water omgaat en anderzijds omdat een rantsoen met maïs de emissie van methaan en ammoniak beperkt. Bovendien kan door het gebruik van maïs op de hoeveelheid krachtvoer worden bespaard.

Daar staat tegenover dat op veel bedrijven bij de maïsteelt te veel nutriënten (vooral stikstof) en herbiciden verloren gaan, wat het de waterbeheerders moeilijk maakt aan de gestelde kwaliteitsnormen te voldoen (in het kader van de Kader Richtlijn Water en 6e actieprogramma nitraat). Ook maïstelers zijn daar niet blij mee, omdat dit duidt op een slechte benutting van grond- en hulpstoffen. De teeltkosten zijn dan te hoog en de gewasopbrengsten te laag. Ook in de kringloopwijzer werkt dit negatief uit.

Om stikstof- en fosfaatverliezen naar het milieu te beperken heeft de overheid wetgeving opgesteld (gebruiksnormen). Voor de teelt van maïs zijn deze wettelijke normen (vooral N gebruiksnorm voor zuidelijk zandgronden) te laag voor het halen van gewenste opbrengsten. De norm ligt voor de meeste percelen onder het landbouwkundig advies.

De huidige teeltwijze van maïs heeft daarnaast ook een negatieve invloed op de bodemkwaliteit doordat deze veelal in continuteelt wordt uitgevoerd met weinig aanvoer van organische stof en berijding met zware machines onder ongunstige omstandigheden.

Een slechte bodemkwaliteit veroorzaakt vervolgens weer diverse milieukundige (nutriënten- en herbiciden af- en uitspoeling, droogte, broeikasgasemissie, verlaging biodiversiteit) en teelt technische (late zaai, droogte, plasvorming, stress, ziekten, slechte benutting nutriënten) problemen. In de teelt van maïs ontstaat als gevolg hiervan de neiging om steeds meer gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. Naast onkruiden vinden in toenemende mate bespuitingen plaats tegen schimmels (bladvlekkenziekten) en insecten vooral de maïsstengelboorder.

Dit alles leidt tot opbrengst- en kwaliteitsreductie en daarmee tot een lagere economische opbrengst. Hiermee komt de duurzaamheid van de teelt verder onder druk te staan.

Wanneer we kijken naar de stikstofopname van maïs dan is dit met name aan het begin van de groei tot aan de bloei. In de periode na de bloei komt in de bodem stikstof beschikbaar door mineralisatie die niet meer opgenomen wordt door de maïs. Na maïs kan dus veel stikstof overblijven in de bodem. Maïs behoort hierdoor tot de uitspoelingsgevoelige gewassen. Hier ligt een uitdaging om te voorkomen dat de vrijgekomen stikstof niet uitspoelt maar vastgehouden wordt voor het volggewas.

Aanknopingspunten om dit te doen liggen in verbeterde opname van stikstof door het telen van een geslaagde groenbemester om de vrijgekomen stikstof op te nemen en vast te leggen gedurende de winterperiode. Daarnaast is het van belang om bij beperkt aanbod van stikstof ervoor te zorgen dat de maïs deze efficiënt benut. Aanknopingspunten hiervoor liggen onder andere in het kiezen voor een juiste pH, zorgen voor een ongestoorde wortelontwikkeling en plaatsing van de mest dichter bij de plant.

Aanpak

Vier satellietbedrijven leggen, zoals vorig jaar, in 2022 demonstraties aan op een van hun praktijkpercelen. Het betreft de volgende satellietbedrijven: Mts. Bongers uit Kelpen-Oler, VOF De Reining uit Kronenberg, Mts. Gehlen uit Koningsbosch en Loonbedrijf Van Lin uit Afferden.

Bij deze bedrijven worden de volgende demonstraties aangelegd:

  • Satellietbedrijf Mts. Bongers in Kelpen
    • Werken aan bodemverbetering en bodemkwaliteit door aanvoer organische stof. De invloed van verschillende organische stof bronnen op de stikstofbenutting van de mais en de stikstofbinding in de bodem. De volgende organische stof bronnen zullen worden toegepast: bokashi en groencompost in vergelijking met huidige aanpak met alleen rundveedrijfmest
  • Satellietbedrijf VOF De Reining in Kroonenberg
    • Op dit bedrijf wordt al enkele jaren naar tevredenheid ruitzaai toegepast. Dit seizoen wordt de bemesting verder geoptimaliseerd om de N-rest in november en het nitraatgehalte in het bovenste grondwater verder te verlagen. Het vanggewas rietzwenk wordt tegelijk met de mais gezaaid.
  • Satellietbedrijf loonbedrijf Van Lin in Afferden
    • Zoals in 2021 wil het bedrijf de bemestingsstrategie op het laag en hoog productief gedeelte van het perceel herhalen. Op basis van taakkaarten met opbrengst van de afgelopen jaren wordt het perceel ingedeeld in een laag opbrengend en een hoog opbrengend gedeelte. Op beide perceel gedeelten wordt het bemestingsniveau gevarieerd. Er worden 2 strategieën toegepast, hoog en laag bemesting niveau op zowel het hoog als laag opbrengend gedeelte van het perceel.
  • Satellietbedrijf Mts. Gehlen
    • Dit bedrijf doet voor het tweede jaar mee. Met de demo in 2022 wordt de bemesting op bouwland verder geoptimaliseerd. De standaard bemesting op het bedrijf wordt vergeleken met verschillende bemesting strategieën die rekening houden met de vrijkomende stikstof uit de langjarig bemesten met rundveedrijfmest, inwerken gewasresten en de compostgift van afgelopen jaar.

Gedurende het jaar worden de demonstraties gevolgd en geëvalueerd, en waar nodig bijgestuurd. De opbrengst van de maïs wordt bepaald en na de oogst wordt in november de N-rest in de bodem vastgesteld en daar waar mogelijk ook het nitraatgehalte in bovenste grondwater..

Bijeenkomsten

Om het doel van het project te bereiken is kennisoverdracht en uitrol naar de sector nodig. Middels verschillende bijeenkomsten worden de demonstraties en de resultaten besproken en toegelicht. Daartoe worden veldbijeenkomsten georganiseerd, presentaties gegeven voor studiegroepen en worden winterbijeenkomsten gehouden. De planning is om 4 veldexcursies te organiseren, op elk satellietbedrijf een en twee winterbijeenkomsten, een in Noord-Limburg en een in Midden-Limburg. Voor het veranderen van het teeltsysteem bij de maisteelt is meer nodig dan alleen de telers informeren met kennis uit onderzoek en demonstraties. Het is van belang om tevens de adviseurs van adviesorganisaties en teeltbegeleiders van toeleveranciers te gaan informeren en instrueren over optimaliseren van het teeltsysteem bij mais. We gaan voor deze doelgroep 2 kennisbijeenkomsten organiseren. Op WUR | Open Teelten locatie Vredepeel ligt in het kader van het project Grondig Boeren met Maïs Brabant een centrale systeemdemo, waar nieuwe teeltsystemen voor maïs naast elkaar getoetst worden en diverse detaildemonstraties zijn aangelegd. Deze kennis maar ook resultaten van ander relevant onderzoek wordt ingebracht in bijeenkomsten met maïstelers in Limburg.

Betrokken partijen

  • Waterschap Limburg
  • WUR | Open Teelten
  • AgriConnection

 Financiering

Het project wordt mogelijk gemaakt door Waterschap Limburg en het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer.

Meer informatie

Erik Dings (06-83239127 / edings@lltb.nl).

Neem contact met ons op

Heeft u nog vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact met ons op of stuur ons een bericht, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met u op.

Je gebruikt een verouderde webbrowser

Deze website maakt gebruik van moderne technieken die niet worden ondersteund door jouw webbrowser. Update mijn webbrowser

×